Karakteropstellingen spreken direct tot de verbeelding. Je creativiteit gaat stromen en je wordt sensitiever voor onderstromen in je verhaal. Een Systemisch Lab is een creatieve denktank om een specifieke vraag of kwestie over je karakters nader te onderzoeken. Het kan gaan om een persoonlijke vraag of om collectieve kwestie van een groep.
In een oriënterend gesprek bespreken we de kwestie, preciseren we de vraag en verkennen we de te verwachten resultaten.
In een Theaterlab kunnen makers, spelers en andere podiumkunstenaars dieperliggende vragen en thema's van een idee, concept, script of maakproces inbrengen en onderzoeken.
Omdat theaterprofessionals gewend zijn om direct op de vloer te werken, kunnen allerlei thema’s en onderwerpen direct op de vloer worden onderzocht.
Lab voor spelers
Voorbeelden van toepassingen van opstellingen specifiek voor spelers:
⁃de dieperliggende motivatie, angst, geheim of drijfveren, het verlangen of dromen van een karakter boven water halen;
⁃onderzoeken van de dialoog, het spelproces, karakterverdieping, tekstinterpretatie, spelspanning en -ontspanning, ritmegevoel, ruimtegebruik, verbeeldingskracht, fantasie, creativiteit, spelplezier, weerstanden, fysieke- of stemblokkades;
⁃onderzoeken van de onderlinge relatie tussen personages, de dieperliggende relatie van een speler of danser met zijn personage, de relatie met andere personages of elementen en/of zijn relatie tot het verhaal, de schrijver of het thema.
Lab voor makers
Voorbeelden van toepassing van opstellingen bij performatieve maakprocessen:
⁃onderzoek van houding en beweging, het samenspel en/of de samenwerking tussen spelers, makers en/of personages.
⁃onderzoek van het regieproces, scène-verloop, plot, tekstinterpretatie, mise-en-scene, podium- en ruimtegebruik, etc.
⁃vanuit opstellingen komen tot spel, welk verhaal wil er verteld worden?;
⁃dramaturgie, mise-en-scène;
⁃stagnatie van de samenwerking;
⁃spel en werkelijkheid lopen door elkaar in de groep;
⁃werken met delen of subpersonen;
⁃de doelgroep onderzoeken;
⁃onderstromen in het verhaal;
⁃alternatief einde van een verhaal verkennen;
⁃ondertekst bij spelers;
⁃pyschologie, houding en beweging;
⁃script-interpretatie;
⁃verschillende dilemma’s of plotlijnen onderzoeken;
⁃scène-opbouw en -ontwikkeling;
⁃onderzoeken van de relatie met het publiek, crew, cast, producent etc.;
⁃onderzoeken van een volgende te nemen stap voor het maakproces;
⁃etc.
Voorbeelden van onderzoeksvragen
⁃Wat is precies de relatie tussen mij en mijn personage (of mijn instrument?
⁃ Wat is de relatie van het idee, concept of product, met de samenwerkingspartners, de doelgroep, koper, afnemer of producent?
⁃Hoe verhoud ik mij tot het product en het product zich tot mij? Of de doelgroep, het publiek, afnemer of eindgebruiker, de samenleving, de wereld ...
⁃Wat straal ik uit? Wat wil ik uitstralen?
⁃Welk verhaal wil ik precies vertellen?
⁃Wat is de intentie achter een scène of iedere scène?
⁃Welk verhaal wil precies verteld worden?
⁃Welke vorm past het beste?
⁃Help, hoe krijg ik grip op dit stuk!
⁃Waar loopt mijn personage / ik voor weg?
⁃Wat is het verhaal achter mijn keus, podiumwens of -angst?
⁃Wat is de haalbaarheid, blokkade of voortgang van een werk of project?
⁃Wat is de invloed van de samenwerking, marketing, opdrachtgevers of de media?
⁃Wat is de relatie tot persoonlijke, sociale, maatschappelijke of politieke thema's of context?
⁃Waar droomt mijn personage stiekem van?
⁃Waar zit de kern van mijn podiumangst?
⁃Autobiografie.
Procesopstellingen
Verder kunnen ook thema's en vragen op het gebied van professionele of persoonlijke ontwikkeling, of kwesties die in de groep aan de orde zijn omtrent groepsdynamiek en samenwerking, met Procesopstellingen worden onderzocht.
Een Schrijverslab geeft schrijvers inzicht en inspiratie bij vragen over karakters en over hun schrijverspraktijk.
Tijdens een opstelling onderzoeken we vragen die je tegenkomt tijdens een schrijfproces. Waar de focus ligt is afhankelijk van de vraag.
Met een groep schrijvers boren we andere lagen aan in het creatieve schrijversproces: het thema, je hoofdpersoon, de karakters, het plot etc.
Ook elementen waar je als schrijver mee te maken hebt, of waar je tegenaan loopt, kunnen worden opgesteld, zoals het achterliggende idee, een dilemma, je writersblock, je doelgroep, je creativiteit, je verlangen, het succes etc.
Voor deelnemers komt er bruikbaar materiaal naar boven over de psychologie van personages, plots en verhaallijnen.
Een opstelling is voor alle deelnemers een inspirerende, avontuurlijke en dynamische ervaring met een vaak verrassende uitkomst.
Scriptschrijven
Karakteropstellingen zijn zeer behulpzaam voor scriptschrijvers. Zo kun je al tijdens eerste schrijfsessies een aantal basisideeën toetsen en (laten) uitwerken door middel van representanten, door je personages op te stellen.
Door de onderlinge relaties tussen personages, de relaties van personages met het thema 3D in de ruimte op te stellen, krijg je waardevolle informatie voor de verhaallijnen en plot. Tijdens een opstelling ga je zien hoe de personages / representanten elkaar beïnvloeden. Geleidelijk voegen we representanten toe of halen representanten weg, al naar gelang het verhaal zich ontrolt.
We kunnen ook andere elementen in de opstelling plaatsen, zoals: het conflict’, ‘de liefde’ of ‘het geheim’.
We kunnen vragen inbrengen en kwesties aanroeren zoals:
• Wat maakt deze scène geloofwaardiger of dramatisch sterker?
Karakteropstellingen stimuleren eindeloos de creativiteit en laten onomwonden zien waar de schoen wringt of wat over het hoofd wordt gezien. Voor verschillende fasen van het productieproces kunnen opstellingen behulpzaam zijn:
• Brainstormen, ontwikkeling van ideeën en concepten
De start van een nieuwe productie nodigt alle betrokkenen uit voor een frisse, open geest. Het is de start van een nieuw onderzoek, met een samenstelling van cast en crew, een nieuwe avontuur.
Al tijdens de brainstorm-fase kunnen we met een opstelling de eerste stappen of conceptplannen onderzoeken. Tijdens interventies in kleine opstellingen ontdekken we meer over de ideeën en de haalbaarheid van de plannen. Door de representanten te volgen zien we snel waar spanning zit en waar iets weg kan en waar we wat kunnen toevoegen. Zo ontstaat er boeiend, diepgaand materiaal voor een verhaal, script en personages.
Op een diepere laag geeft een opstelling inzicht in deze nieuwe constellatie bijvoorbeeld:
⁃Welk verhaal gaan we precies vertellen, wat is het thema, het plot?
⁃Wie is het publiek of de doelgroep?
⁃Hoe zetten we ons verhaal in de vorm?
⁃Wie doen er mee?
⁃Wie vragen we erbij?
Naarmate het maakproces zich verder ontwikkelt, krijgen de verschillende betrokkenen steeds meer gevoel bij de productie en het maakproces.
Een opstelling brengt ook een gesprek en het maakproces zelf verder op gang en geeft inzichten in de samenwerking en leerperspectieven van de groep en de groepsleden.
• Scriptlezingen
Weg van de tafel, gelijk op de vloer! Door tijdens eerste scriptlezingen een opstelling in te zetten, kunnen spelers direct een gevoel bij het stuk krijgen en zich daardoor makkelijker verbinden met het thema en de ideeën achter het stuk.
De regisseur krijgt ondertussen veel informatie van zijn karakters, helderheid en inspiratie over de regieaanpak.
Opstellingen bieden bieden hier verder ook inzicht bij handeling, tekstinterpretatie, mise-en-scène, dialoog en rolbeleving en -verdieping.
• Casting
Het is ook goed mogelijk om een opstelling te doen voor casting. Wat voor type spelers hebben we nodig? Hoe versterken, inspireren of kleuren spelers of personages elkaar?
• Eigen verhalen (solovoorstellingen, biografieën, documentaires)
Opstellingen bieden input en inspiratie bij ons onderzoek naar eigen verhalen. Representanten reiken nieuwe invalshoeken aan, geven ideeën voor plots, scènes, personages etc. We vinden een richting of een vorm voor een (auto-) biografie, gooien scènes om en krijgen soms wonderschone tekstsuggesties van onze representanten.
Ook de danser en choreograaf Pina Bauschgebruikte representanten bij haar choreografieën. Misschien niet verwonderlijk, omdat het systemisch werk oorspronkelijk is ontwikkeld in Duitsland.
Deelnemers aan een Lab zijn: een vraagsteller (degene die een vraag of kwestie wil onderzoeken), representanten (optimaal is 8 à 16 personen) en een begeleider. Eventueel neemt ook een vakexpert deel, bijvoorbeeld een regisseur, scriptschrijver, choreograaf of dramaturg. De representanten komen uit het netwerk van de vraagsteller en/of uit het netwerk van de begeleider.
Een opstelling heeft vaak een grote impact. Vandaar dat een bijeenkomst, hoewel relatief kortlopend, zorgvuldig en compleet moet zijn. Om die reden is er vooraf een intakegesprek met de vraagsteller en eventueel samenwerkingspartners of direct betrokkenen.
Tijdens het intakegesprek onderzoeken we gezamenlijk de situatie en de vraagstelling. Eventueel vertel ik een en ander over de achtergrond, de werking en de impact van een opstelling. Gezamenlijk onderzoeken we in hoeverre de methode en mijn werkwijze passen bij de vraagstelling en de situatie.
Eventueel organiseren we een informatiebijeenkomst om iedereen te informeren en voor te bereiden. Daarna vindt de bijeenkomst plaats en tenslotte, na aantal weken, is er een afronding met een nagesprek.
Komen we overeenkomen om een bijeenkomst te houden, dan bespreken we gelijk ook de vorm en uitwerking. Ook stellen we dan enkele voorwaarden vast, zoals de praktische informatie (locatie, tijd etc.), wel of geen representanten van buiten en wie er eventueel verder aan het traject deelnemen. Om veiligheid te garanderen en voor de juiste impact, moeten alle deelnemers vooraf voldoende geïnformeerd zijn over de strekking en de werkwijze van Karakteroptellingen.
Interesse?
In een oriënterend gesprek verkennen we de aanleiding of vraag.